Auto’s baanden zich vrijdag in de namiddag stapvoets een weg door de Spaarnwouderstraat; een activiteit die steeds moeizamer verliep. Er was immers een bijzondere samenkomst bij galerie SPW59: de presentatie van de biografie van Peter Pontiac, geschreven door Jeroen Thijssen. Inclusief Stripdagen-expositie met een soort dwarsdoorsnede van zijn werk. ‘Tout’ Haarlemse underground was uitgelopen (nou ja ’tout’: er waren vooral oudere alternatievelingen, vond Peter Bruyn. Er hing in elk geval een fijn Fietszenfabriek-sfeertje tijdens het feestje van heb-ik-jou-daar.
tekst: Paul Lips
fotografie: Remco van der Kruis
Voor biograaf Jeroen Thijssen bleek de levensloop van Peter Pontiac (geboren als Peter Pollmann) verrassende elementen te bevatten. “Dat hij een tijd in een verbouwd kippenhok in Ermelo heeft gebivakkeerd was nieuw voor me. Dat was na de periode van het wonen in een kraakpand in Leiden, toen hij zich bezighield met het tekenen van de omslagen van illegaal gestencilde ‘songbooks’ van artiesten als Bob Dylan, Rolling Stones en Lou Reed. Met die omslagen maakte hij als tekenaar furore en wist hij nieuwe opdrachtgevers te interesseren.
Wat ik ook nooit geweten heb is dat hij nog een periode in de Verenigde Staten heeft rondgezworven, met Willem de Ridder (Fluxus, VPRO, Hitweek). Met name in Los Angeles en San Francisco. Willem de Ridder was ook zo’n pionier die aan de wieg stond van tal van ontwikkelingen in het alternatieve circuit. Zowel Pontiac als De Ridder waren wars van kunstzinnige pretenties.
Ook een leuk weetje: op zijn vijftiende organiseerde Peter een eerste expositie in de kelder (omgedoopt tot ‘De Hades’) van het ouderlijk huis aan de Uit den Boschstraat in de wijk Bosch en Vaart, getiteld Barst ’51. Dat deed hij samen met Raymond Spierings, die je kunt kennen van het beeld ‘Voet van Mercurius‘ bij de Gravenstenenbrug. Er zijn trouwens meer connecties, omdat het gezin Pollmann op verschillende plekken in Haarlem heeft gewoond. Op het Mendelcollege zat Joost Swarte een paar klassen boven hem.”
Meestertekenaar Joost Swarte reikte het eerste exemplaar uit aan Pontiac’s dochter Godelinde, ‘in elk geval aan iemand die weet waar Peter nu is, iemand die dicht bij hem staat’.
Joost Swarte: “Mijn eerste kennismaking met Peter stamt uit de tijd dat ik tekeningen van hem gezien had in Aloha – en ik had mijn eigen stripblaadje, ‘Modern Papier‘, en ik wilde dat Peter ook voor mijn blad zou gaan tekenen. Ik vond het een fantastische tekenaar, ik was erg onder de indruk. Ik schreef hem, en maakte een afspraak. Hij woonde toen in een zijstraatje van het Ripperdapark, op een bovenwoning. Ik belde aan, ging naar boven. En daar zat een jongen op een matras in een lotushouding, en het leek nét het broertje van Jimi Hendrix. Ik zag er heel anders uit, ik had een bedrijfsjasje aan, en een bril op, waarvan ik dacht: die is hip, die zou John Cale wel gedragen kunnen hebben bij de Velvet Underground. Het bleek dat ik een grote fan was van Jimi Hendrix, en dat Jimi Hendrix een grote fan was van John Cale van de Velvet Underground. Dus op een of andere manier – qua uiterlijk – hadden Peter en ik al een klik. Toen bleek dus dat ik Peter al veel eerder had ontmoet, op de ‘cour’, het speelplein van het Mendelcollege in Haarlem-Noord waar we allebei op de middelbare school zaten. En als ik daar dan aan terugdenk dan zie ik een heel lief jongetje met krullen in een loden jasje. Maar het leuke daarvan is: Peter was niet alleen die zoete krullenbol, hij is ook gebleven een volhardend, eigenwijs mens.”
Vervolgens was het de beurt aan duo The Pignose Willy’s om de tent op stelten te zetten (een gelegenheidsreünie) met hun vuige garage-bluesrock. Pieter Kamp (bluesharp) en Joost Varkevisser (elektrieke guitaar & slagwerk) trokken van meet af aan op een wijze tekeer dat de trommelvliezen van de aanwezigen er flink van langs kregen. Dat deden de Willy’s in het verleden al tijdens boekpresentaties of andersoortige Peter Pontiac-events. Het bier vloeide deze vrijdagmiddag ook rijkelijk en er was geen dooie burgermanshandhaver die daar tegen op kon. Een uurtje snoeiharde muzikale anarchie. Aan de achterwand keek Peter Pontiac toe, vereeuwigd in een fraai houtskoolportret van Piet Zwaanswijk.
De biografie ‘Peter Pontiac, het turbulente leven van een gedreven tekenaar‘ is niet alleen een meeslepend geschreven boek, maar munt ook uit in de totale verzorging en lay-out. Ontelbare tekeningen van de hand van Pontiac zijn er in afgebeeld. Jeroen Thijssen sprak tal van familieleden, betrokkenen en zakelijke contacten. Sommigen bleken het tijdelijke reeds voor het eeuwige te hebben verruild, zoals kunstenaar Ramon Spierings.
Lezend in het boek en genietend van de tekeningen wordt voor de liefhebber nog eens vet onderstreept wat voor geweldenaar Peter Pontiac op vele vlakken was. Voor een stadsplattegrond met duizenden details draaide hij zijn hand niet om. Rocksterren met een rafelrandje lieten in Pontiac’s verbeelding zien dat het leven in de muziekindustrie er niet een is van louter glitter en glamour. Hippies, punx, alternativo’s, undergroundfiguren, avantgardisten, Slachthuisgangers tot en met tante Leny aan toe: velen houden van Peter Pontiac. Er zullen altijd muzikanten bestaan die beweren: ‘Pontiac is meer míjn Peter dan jóuw Peter’, maar dit terzijde. Leg de komende weken je mobieltje weg en lees de biografie. Met een plaatje van The J. Geils Band of The Pignose Willy’s op de stereo.
‘Peter Pontiac, het turbulente leven van een gedreven tekenaar’ is verschenen bij uitgeverij Nieuw Amsterdam en kost euro 29,99. Te koop bij o.a. Athenaeum Boekhandel, Gedempte Oude Gracht 70, Haarlem.
Peter Pontiac | 9789046832523 | Nieuwamsterdam
——————————————-
Prima artikel.
Terwijl het verkeer door de Spaarnwouderstraat deze maandagochtend weer als vanouds op gang is gekomen, genieten wij hier nog na van de gehele vertoning! Mooie impressie Paul, Remco, Ron e.a.
Goed verhaal, Paul!